Sinds de kwestie van de bloeddiamanten meer dan twee decennia geleden in het publieke bewustzijn is gekomen, heeft de bedrijfstak gezocht naar een wetenschappelijke methode om de oorsprong van diamanten te bepalen.
Die behoefte doet zich het sterkst gevoelen in de Centraal-Afrikaanse Republiek (CAR), momenteel de enige bron van conflictdiamanten ter wereld volgens het Kimberleyproces (KP)-certificeringssysteem. Op de diamanten uit de Centraal-Afrikaanse Republiek rust sinds 2013 een embargo uit hoofde van het KP.
Het conflict in de CAR is beperkt tot bepaalde regio’s; andere delen van het land zijn vredig. Sinds 2016 heeft het KP de uitvoer van diamanten uit bepaalde gespecificeerde niet-conflictgebieden groen licht gegeven. Maar hoewel die zendingen onder verscherpt toezicht staan, blijft de bezorgdheid bestaan dat diamanten uit de door de rebellen gecontroleerde mijnen via de officiële kanalen kunnen binnenglippen. Wat nodig is, is een manier om ze uit elkaar te houden.
Onlangs heeft een trio wetenschappers van Mintek, de onderzoekstak van het Zuid-Afrikaanse Department of Mineral Resources and Energy, verschillende technieken getest op drie CAR-diamantpakketten, om te zien of zij konden bepalen uit welke regio de pakketten afkomstig waren. Zij hadden enig succes, maar alleen onder bepaalde voorwaarden.
Het team experimenteerde met drie methoden, waaronder het observeren van de kenmerken van de diamanten onder een microscoop, maar kwam tot de conclusie dat de meest robuuste methode laser ablatie inductief gekoppeld plasma massaspectrometrie was, die de iets eenvoudigere afkorting LA-ICP-MS draagt.
De techniek maakt gebruik van een laser om een deel van de diamant te ableren (d.w.z. te verwijderen) en scant het vervolgens op meer dan 25 verschillende sporenelementen, van zirkoon tot stikstof.
“Zoals we weten, worden diamanten gevormd in de aardmantel, en bestaan ze voornamelijk uit koolstof,” zegt Dr. Deshenthree Chetty, het hoofd van het onderzoek voor Mintek’s mineralogie afdeling. “Maar er zijn ook sporenelementen uit de aardmantel. Omdat een diamant heel snel naar de oppervlakte wordt getransporteerd, veranderen die elementen niet zo veel. Dus kijken we naar de omstandigheden, wat is de elementale signatuur.”
Door die elementenafdruk, of “diamantvingerafdruk“, te registreren en te vergelijken met de vingerafdruk van diamanten uit dezelfde regio, konden de onderzoekers de herkomst van de drie diamantpakketten achterhalen. In theorie klinkt dat geweldig, maar in de praktijk zijn er problemen.
Ten eerste werkt de techniek niet op afzonderlijke diamanten, maar alleen op diamantpakketten – bij voorkeur die met 50 stenen of meer. De diamanten in die pakketten moeten van dezelfde plaats afkomstig zijn; als ze van verschillende oorsprong zijn, zou de techniek mogelijk niet werken.
Bovendien moet er een gaatje in de diamant worden gelaserd – een klein gaatje, maar niettemin een gaatje. Dit is niet noodzakelijk een groot probleem, aangezien ruw toch meestal wordt geslepen, maar het is een destructief proces, en sommigen willen dat misschien niet. (De andere, minder effectieve methoden waren niet zo destructief).
De methode werkt ook niet op geslepen diamanten, alleen op ruwe. Een juwelier heeft er dus niets aan bij de verkoopbalie – althans niet zonder dat het gecombineerd wordt met andere opsporingsmethoden. Maar het kan wel aan de grens van een land worden gebruikt om te bepalen wat legaal kan worden uitgevoerd en wat niet.
En tenslotte vereist de techniek niet alleen veel diamanten om te analyseren, maar ook een uitgebreide database van diamanten om te gebruiken voor vergelijking.
“We kunnen niet zeggen dat je een 50- of 100-diamanten database nodig hebt,” zegt Mintek senior wetenschapper Susan Brill. “Maar je zou er in ieder geval veel nodig hebben.”
Nosiphiwo Mzamo, manager van de afdeling mineralogie van Mintek, gelooft dat het mogelijk is om zo’n database samen te stellen, die idealiter diamanten van elke mijn ter wereld zou moeten bevatten. Producenten hebben hun medewerking toegezegd, maar het verkrijgen van zoveel monsters, uit zoveel bronnen, zal veel tijd en geld kosten, en het onderzoek van het team is al gehinderd door de COVID-19 pandemie. En dan is er nog de uitdaging van het verkrijgen van monsters uit gevaarlijke oorlogsgebieden.
Ze hebben vooruitgang geboekt met betrekking tot een lang gekoesterde handelsdoelstelling. Voorlopig is het echter niet duidelijk wanneer – of – deze methode ooit klaar zal zijn voor regulier gebruik.